Incidentele risico's, weerstandsvermogen en ratio
De verhouding tussen de ratio, weerstandsvermogen en risico is als volgt:
Ratio weerstandsvermogen = weerstandscapaciteit / risico's
Toelichting ontwikkeling incidentele ratio
De incidentele ratio ligt op de gestelde norm (tussen 1 en 2) en is iets (0,32) afgenomen ten opzichte van de Programamrekening 2012. Dit wordt veroorzaakt door de toename (€ 1,2 mln) van de incidentele risico’s. Deze toename wordt voornamelijk veroorzaakt door toenemende risico’s in het grondbedrijf.
Voor de toelichting op deze toename zie toelichting op incidentele risico’s.
Doorkijk naar de toekomst
De incidentele ratio ligt op de gestelde norm maar er zijn nog steeds veel factoren die deze ratio direct negatief kunnen beïnvloeden. Denk hierbij aan afboekingen vanuit de grondexploitatie, het niet halen van bezuinigingstaakstellingen, toename van de incidentele risico’s en negatieve resultaten in afwijkingenrapportages.
Om het weerstandsvermogen minimaal op niveau te houden of te verbeteren, zal verder worden gegaan met de volgende stappen:
- Actief sturen op het realiseren van de bezuinigingen doormiddel van de bezuinigingsmonitor.
- Extra kritisch kijken naar B&W voorstellen waarbij als dekking de algemene reserve wordt genoemd.
- Bestemmingsreserves kritisch screenen en waar mogelijk vrij laten vallen ten gunste van de algemene vrije reserve.
- Bestemmingsreserves koppelen aan de algemene vrije reserve.
- Eventuele exploitatieoverschotten direct toevoegen aan de algemene vrije reserve.
Daarnaast worden op dit moment stappen gemaakt om het financieel beleid strategischer te maken. Dit zal verder uitgewerkt worden in de Programmabegroting 2015.
Risico inventarisatie
Uit de risico inventarisatie is gebleken dat de gemeente Uden voor € 9,9 miljoen aan incidentele risico’s loopt.
De risico’s zijn als volgt verdeeld over de programma’s.
Algemene opmerking
De totale incidentele risico’s per 31 december 2013 zijn met € 1,2 miljoen toegenomen ten opzichte van de inventarisatie bij de Programmarekening 2012. Deze toename wordt veroorzaakt door de toename van de incidentele risico's bij programma 1 Duurzaam wonen en ondernemen namelijk de risico's in het grondbedrijf met € 2.6 miljoen. Dit betreft een risico van € 2,5 mln voor planaanpassingen om een betere kwaliteit in de leefomgeving te krijgen waardoor het aantal verkoopbare m2 kan afnemen. Tevens is er een nieuw risico opgenomen voor contractafspraken afval van € 250.000. Afwijkingen in het regionaal aanbod van afval kunnen op basis van bestaande contracten leiden tot navordering. Daarnaast neemt het risico op programma 2 maximaal meedoen af met bijna € 400.000 als gevolg van een lager risico op WMO individuele voorzieningen. De risico’s op programma 3 Goed leven en ontmoeten zijn met € 0,6 miljoen afgenomen als gevolg van een lager risico voor de scheurvorming in een parkeergarage. Naar aanleiding van aanvullend onderzoek zijn eerder voorgestelde constructie voorzieningen niet noodzakelijk gebleken en kan worden volstaan met het uitvoeren van zogenaamde herstelwerkzaamheden waarbij scheuren worden gedicht en wapening geconserveerd. Tenslotte zijn de risico’s op programma 5 ook afgenomen met € 0,6 miljoen. Dit nagenoeg geheel veroorzaakt doordat het risico op kortleven wethouders is afgedekt door een verzekering waardoor dit risico (in de Programmarekening 2012 opgenomen voor € 0,5 miljoen) is vervallen.
De risico’s per programma zijn als volgt te specificeren.