Bestedings- en dekkingsplan 2015-2018
Onderstaand een globale financiële doorrekening van de diverse posten. We hebben ter verduidelijking een splitsing aangebracht in incidentele posten en structurele posten. De prognose is zoals bekend met het nodige voorbehoud.
(bedragen zijn in €) N is nadeel, V is voordeel
Incidenteel | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 |
Saldo Programmabegroting 2014-2017 |
0 | 0 | 0 | 0 | |
Aansluiting met Provincie | N 196.000 | V 847.000 | N 198.000 | V 202.000 | |
Per saldo storting in de algemene reserve (€ 655.000) |
V 196.000 | N 847.000 | V 198.000 | N 202.000 | |
1 Meerjarenraming 2014-2018 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
9 Resultaat 1e financiële afwijkingenrapportage 2014 |
N 932.000 | ||||
11 Offertes | p.m. | ||||
Totaal incidenteel | N 932.000 |
Structureel | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 |
Saldo Programmabegroting 2014-2017 |
0 | 0 | 0 | V 208.000 | V 208.000 |
Aansluiting met Provincie | V 196.000 | N 847.000 | V 198.000 | ||
1 Meerjarenbegroting 2014-2018 | V 196.000 | N 847.000 | N198.000 | ||
2 Diverse afwijkingen en correcties | V 76.000 | V 8.000 | V 10.000 | V 16.000 | N 15.000 |
3 Algemene uitkering decembercirculaire | V 266.000 | N 101.000 | N 98.000 | N 648.000 | |
4 Indexering subsidies | N 137.000 | N 137.000 | N 137.000 | N 137.000 | |
5 Indexering overige goederen en diensten | N 137.000 | N 137.000 | N 137.000 | N 137.000 | |
6 Indexering belastingen en tarieven | V 57.000 | V 57.000 | V 57.000 | V 57.000 | |
7 Ontwikkeling personeelskosten | N 207.000 | N 239.000 | N 239.000 | N 239.000 | |
8 Ontwikkeling opbrengsten OZB | V 87.000 | V 87.000 | V 87.000 | V 87.000 | |
9 Resultaat 1e financiële afwijkingenrapportage 2014 |
N 487.000 | N 487.000 | N 487.000 | N 487.000 | N 513.000 |
10 Treasury | V 116.000 V 194.000 |
V 144.000 V 191.000 |
V 116.000 V 177.000 |
V 220.000 V 419.000 |
|
Subtotaal | N 215.000 | N 1.087.000 | N 414.000 | N 645.000 | N 906.000 |
11 Offertes | p.m. | p.m. | p.m. | p.m. | |
12 Bezuinigingen | p.m. | p.m. | p.m. | p.m. | |
Totaal structureel | N 215.000 | N 1.087.000 | N 414.000 | N 645.000 | N 906.000 |
Incidenteel
1. Meerjarenbegroting 2014-2018
De meest actuele, door de raad vastgestelde Programmabegroting is Programmabegroting 2014-2017. Die begroting bevat een structurele doorkijk tot 2017. De meerjarenbegroting is structureel sluitend.
Het Provinciaal financieel toetsingskader schrijft voor dat de Programmabegroting van een gemeente in ieder geval voor het komend jaar structureel sluitend moet zijn. Wij richtten ons in het kader van ons financieel beleid vooral op een structureel sluitende meerjarenbegroting in het laatste jaar. Op verzoek van de toezichthouder stellen wij met ingang van begroting 2015 onze begroting ook op die manier op. De gevolgen hiervan zijn dat het principe van egaliseren door middel van een reserve hiermee komt te vervallen. In de herijking Reserves en Voorzieningen 2013, die onderdeel uitmaakt van Programmarekening 2013, is die egalisatiereserve dan ook opgeheven. Als voorbereiding op Programmabegroting 2015 hebben we de gevolgen van deze afspraak verwerkt wat resulteert in het hier vermelde meerjarenbeleid.
De verwerking van de afspraken betekent een eenmalige mutatie ten gunste van de algemene reserve vrij besteedbaar van € 655.000.
9. Resultaat 1e financiële afwijkingenrapportage 2014
De 1e financiële afwijkingenrapportage is gebaseerd op de bij ons bekend zijnde ontwikkelingen van de 1e drie maanden van 2014 (jan t/m mrt). Een uitgebreide specificatie van de hier opgenomen bedragen is terug te vinden bij het onderdeel financiën, 1e financiële afwijkingenrapportage 2014 en als toelichting bij de diverse programma’s.
11. Offertes
Alle nieuwe wensen van het college van B&W met financiële gevolgen worden als offerte opgenomen in de Programmabegroting 2015-2018. De integrale afweging welke offertes geprioriteerd worden, vindt dus plaats bij de voorbereiding van de Programmabegroting. Om die reden presenteren we deze post nu als p.m.
Structureel
1. Meerjarenbegroting 2014-2018
De meest actuele, door de raad vastgestelde Programmabegroting is Programmabegroting 2014-2017. Die begroting bevat een structurele doorkijk tot 2017. De meerjarenbegroting is structureel sluitend.
Het Provinciaal financieel toetsingskader schrijft voor dat de Programmabegroting van een gemeente in ieder geval voor het komend jaar structureel sluitend moet zijn. Wij richtten ons in het kader van ons financieel beleid vooral op een structureel sluitende meerjarenbegroting in het laatste jaar. Op verzoek van de toezichthouder stellen wij met ingang van begroting 2015 onze begroting ook op die manier op. De gevolgen hiervan zijn dat het principe van egaliseren door middel van een reserve hiermee komt te vervallen. In de herijking Reserves en Voorzieningen 2013, die onderdeel uitmaakt van Programmarekening 2013, is die egalisatiereserve dan ook opgeheven. Als voorbereiding op Programmabegroting 2015 hebben we de gevolgen van deze afspraak verwerkt wat resulteert in het hier vermelde meerjarenbeleid.
2. Diverse afwijkingen en correcties
De begrote bedragen die in het bestuurlijk besluitvormingstraject worden genoemd zijn in bepaalde gevallen gebaseerd op schattingen. Bij de werkelijke doorrekening in de financiële administratie kunnen hierdoor afwijkingen ontstaan. Verder kan het voorkomen dat er omissies in de begroting worden gesignaleerd die vervolgens dienen te worden gecorrigeerd. Deze afwijkingen en correcties leiden per saldo tot een incidentele en structurele aanpassing van het basisbeeld.
3. Ontwikkeling algemene uitkering Gemeentefonds
Voor de berekening van de algemene uitkering uit het Gemeentefonds baseren wij ons op de informatie zoals vastgelegd in de meest actuele circulaire. Tijdens het opstellen van Programmabegroting 2014 beschikten wij over de meicirculaire 2013. Die meicirculaire bevat de financiële gevolgen van het Rijksbeleid voor 2014 en verder. Eind 2013 is er een decembercirculaire gepresenteerd. In die circulaire zijn de financiële gevolgen van de Rijksbegroting 2014 verwerkt. Zoals u weet bevat de Rijksbegroting 2014 een aanvullend pakket aan bezuinigingsmaatregelen om te kunnen voldoen aan de EMU-norm van een begrotingstekort van maximaal 3%. Er leek toen nog sprake te zijn van een extra bezuinigingsopdracht voor het Rijk van 6 miljard.
Op basis van onze nieuwe financieel technische uitgangspunten en rekening houdend met de inflatie betekent dit een structureel nadeel voor de gemeente Uden van € 650.000.
Het nadeel voor onze lopende begroting 2014 van € 1.049.000 is meegenomen in de 1e financiële afwijkingenrapportage 2014.
Half april is het Kabinet gestart met de voorbereiding van Rijksbegroting 2015. De nieuwste cijfers van het Centraal planbureau zijn optimistisch. Het lijkt erop dat de recessie voorbij is en dat het begrotingstekort zonder aanvullende Rijksbezuinigingen op een acceptabel niveau komt (onder de EMU-norm van 3%).
Uiteraard proberen wij de meest actuele informatie te betrekken bij de latere voorbereiding van Programmabegroting 2015. Begin juni verwachten wij de meicirculaire 2014. Op basis van die circulaire volgt mogelijk nog een aanpassing van de prognose van de algemene uitkering.
Bedragen in (€) | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 |
Algemene Uitkering MJB 2014-2018 |
V 34.111.000 | V 31.776.000 | V 31.840.000 | V 31.414.000 | V 31.414.000 |
Prognose gevolgen decembercirculaire 2013 |
V 33.062.000 | V 32.042.000 | V 31.739.000 | V 31.316.000 | V 30.766.000 |
Verschil | N 1.049.000 | V 266.000 | N 101.000 | N 98.000 | N 648.000 |
Bedragen in (€) | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 |
WMO | V 3.926.000 | V 3.926.000 | V 3.926.000 | V 3.926.000 | V 3.926.000 |
Algemene uitkering | V 33.062.000 | V 33.042.000 | V 31.739.000 | V 31.316.000 | V 30.766.000 |
Prognose | V 36.988.000 | V 35.968.000 | V 35.665.000 | V 35.242.000 | V 34.692.000 |
4. Indexering subsidies
Voor de indexering van goederen en diensten baseren we ons op de prognoses van het Centraal Planbureau. Voor Programmabegroting 2015 hanteren we een stijging van netto 1% (1,5% - correctie 2014 0,5%). Voor de jaren 2016 e.v. rekenen we met constante prijzen. Een uitgebreidere toelichting hierover is terug te vinden in het onderdeel financieel economische ontwikkelingen en natuurlijk het onderdeel financieel economische uitgangspunten.
5. Indexering overige goederen en diensten
Voor de indexering van goederen en diensten baseren we ons op de prognoses van het Centraal Planbureau. Voor Programmabegroting 2015 hanteren we een stijging van netto 1% (1,5% - correctie 2014 0,5%). Voor de jaren 2016 e.v. rekenen we met constante prijzen. Een uitgebreidere toelichting hierover is terug te vinden in het onderdeel financieel economische ontwikkelingen en natuurlijk het onderdeel financieel economische uitgangspunten.
6. Indexering overige belastingen en tarieven
Voor de indexering van goederen en diensten baseren we ons op de prognoses van het Centraal Planbureau. Voor Programmabegroting 2015 hanteren we een stijging van netto 1% (1,5% - correctie 2014 0,5%). Voor de jaren 2016 e.v. rekenen we met constante prijzen. Een uitgebreidere toelichting hierover is terug te vinden in het onderdeel financieel economische ontwikkelingen en natuurlijk het onderdeel financieel economische uitgangspunten.
7. Ontwikkeling personeelskosten
De cao onderhandelingen zitten in een impasse. Stakingen zijn zelfs al aangekondigd door de diverse bonden. Wij gaan in onze prognose er vanuit dat de 0-lijn gehandhaafd blijft. De hier geprognosticeerde toename aan kosten heeft betrekking op de uitbreiding van 0,4fte wethouders (€ 39.000), het op peil brengen van de voorziening wachtgelden wethouders (€ 81.000) en de reguliere ophoging van loonkosten als gevolg van wijzigingen in functieniveaus en periodieken (€ 119.000).
8. Ontwikkeling opbrengsten OZB
Onroerende zaakbelasting (OZB)
De opbrengst van de OZB is een aanzienlijke inkomstenpost. Onder de naam OZB worden binnen onze gemeente de volgende belastingen geheven;
- Een gebruikersbelasting van degene die bij het begin van het kalenderjaar een onroerende zaak- niet zijnde een woning- gebruikt;
- Een eigenaarsbelasting van degene die bij het begin van het kalenderjaar van een onroerende zaak het genot heeft krachtens zakelijk recht (eigendom). Het betreft zowel woningen als niet-woningen.
Als prijscompensatie is gerekend met de uitgangspunten zoals opgenomen in de financieel economische uitgangspunten, 1%, in 2014 (zijnde 1,5% inflatie en -0,5% verrekening prijsontwikkeling voorgaande jaren).
Bedragen in (€) | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 |
Prognose zoals opgenomen in Programmabegroting 2014-2018 |
8.500.000 | 8.740.000 | 8.743.000 | 8.746.000 | 7.746.000 |
Inflatiecorrectie 2015 1% | 87.000 | 87.000 | 87.000 | 87.000 | |
Nieuwe opbrengst | 8.500.000 | 8.827.000 | 8.830.000 | 8.833.000 | 8.833.000 |
Bij het opstellen van Programmabegroting 2015 zullen we ons baseren op de dan bekend zijnde gegevens betreffende ons kohier en rekening houdend met de ontwikkeling van het aantal woningen.
9. Resultaat 1e financiële afwijkingenrapportage 2014
De 1e financiële afwijkingenrapportage is gebaseerd op de bij ons bekend zijnde ontwikkelingen van de 1e drie maanden van 2014 (jan tm mrt). Een uitgebreide specificatie van de hier opgenomen bedragen is terug te vinden bij het onderdeel financiën, 1e financiële afwijkingenrapportage 2014 en als toelichting bij de diverse programma’s.
10. Treasury
Herberekening financieringsbehoefte (voordeel structureel € 220.000)
De jaarlijkse herberekening van de financieringsbehoefte leidt tot een structureel voordeel van € 220.000. Dit voordeel wordt met name veroorzaakt door een stijging van de bespaarde rente (aan de stand van de reserves en voorzieningen wordt een opbrengst toegerekend, die in de exploitatie als bespaarde rente is opgenomen). De opbrengsten hiervan stijgen doordat de stand van de reserves en voorzieningen stijgt ten opzichte van de vorige berekeningen.
Ontwikkeling Kapitaallasten (voordeel structureel € 419.000)
Investeringen boven de € 10.000 schrijven we af. De termijnen hiervoor liggen vast in de regeling activering en afschrijving en zijn gerelateerd aan de economische levensduur. Bij het vooruitblikken op de meerjarendoorkijk zien we hier een structurele vrijval van kapitaallasten van ongeveer
€ 200.000. Van de nog lopende investeringen worden jaarlijks prognoses gemaakt van de voortgang van uitvoering. Vaak komt het voor dat in werkelijkheid de realisatie achterloopt bij die prognoses. Op basis van de meest actuele informatie (programmarekening 2013) zien we hier eveneens een structureel voordeel van ongeveer € 200.000.
11. Offertes
Alle nieuwe wensen van het college van B&W met financiële gevolgen worden als offerte opgenomen in de Programmabegroting 2015-2018. De integrale afweging welke offertes geprioriteerd worden, vindt dus plaats bij de voorbereiding van de Programmabegroting. Om die reden presenteren we deze post nu als p.m.
12. Bezuinigingen
Alle nieuwe wensen van het college van B&W met financiële gevolgen worden als offerte opgenomen in de Programmabegroting 2015-2018. De integrale afweging welke offertes geprioriteerd worden, vindt dus plaats bij de voorbereiding van de Programmabegroting. Om die reden presenteren we deze post nu als p.m.