Financieel economische ontwikkelingen
Actuele ontwikkelingen
In maart 2016 heeft het Centraal Planbureau het Centraal Economisch Plan 2016 gepubliceerd met hierin haar verwachtingen.
De prognoses in dit Centraal Economisch Plan worden door het Kabinet betrokken bij de voorbereiding van de Rijksbegroting.
De verwachting van het Centraal Planbureau is dat de Nederlandse economie zich gestaag maar niet uitbundig herstelt van de Grote Recessie en de eurocrisis, met een groei van 1,8% dit jaar en 2,0% volgend jaar. Onderliggend is de groei in beide jaren vergelijkbaar: de lagere gasproductie drukt de groei dit jaar met 0,2%. In beide jaren dragen alle bestedingscategorieën bij aan de groei. De consumptie groeit door een toename van het reëel beschikbaar inkomen, hogere werkgelegenheid, en de doorwerking van het 5 miljard‐pakket.
De koopkracht neemt in 2016 toe met 2,3% door de lage inflatie, de daardoor forse stijging van de reële lonen en de lastenverlichting in het 5 miljard‐pakket. De koopkracht van werkenden stijgt relatief sterk. In 2017 verbetert de koopkracht van het mediane huishouden met 0,2%. Het 5 miljard‐pakket valt weg als impuls voor de koopkracht en de reële loonstijging is kleiner dan in 2016 door de toenemende inflatie.
Lagere gasbaten, zowel door lagere productie als door de lagere prijs, dempen de tekortvermindering. Het structurele overheidstekort verbetert in 2017 met 0,4% bbp. De begrotingsopdracht op basis van de Europees overeengekomen begrotingsregels komt voor 2017 naar verwachting op een vereiste verbetering van 0,6% bbp. De gecorrigeerde collectieve uitgaven overschrijden de maximale groei op basis van de Europese begrotingsregels.
Loonontwikkeling
De VNG en de vakbonden hebben de Cao gemeenten 1 januari 2016 – 1 mei 2017 bekrachtigd. Hiermee is de nieuwe Cao Gemeenten op 7 april 2016 definitief geworden. Op 1 januari 2016 (3%) en op 1 januari 2017 (0,4%).
Arbeidsaanbod en werkgelegenheid stijgen: werkloos neemt beperkt af
In 2016 en 2017 gaat de productiegroei gepaard met een toename van de werkgelegenheid die gedreven wordt door de groei van de marktsector. Het arbeidsaanbod neemt eveneens toe, maar wat minder dan de werkgelegenheid. Per saldo resulteert dat in een daling van 10.000 naar 570.000 werklozen in 2017. Dit staat voor 6,3% van de beroepsbevolking.
Herstel woningmarkt zet door
Na een aantal moeilijke jaren komt de woningmarkt weer in beweging. Het prille herstel dat in het najaar van 2013 inzette, is in de tweede helft van 2014 uitgegroeid tot een krachtige toename van het aantal verkopen van bestaande woningen. Dit herstel is overigens niet gepaard gegaan met een stijging van de huizenprijzen. De prijsontwikkeling van de woningmarkt is marginaal en overstijgt de inflatie nauwelijks. De lage rentestand levert een positieve bijdrage aan de betaalbaarheid van woningen.
De woningmarkt in de regio Uden kenmerkt zich door een toename van het aantal transacties (verkopen) binnen een stijgende trend. De prijsdaling is afgevlakt en de transactieprijzen zijn stabiel. Daarnaast neemt de verkooptijd af en is er inmiddels sprake van een dalende trend. Ook herstelt de marktstemmingsindicator kwartaal op kwartaal.
De Udense woningmarkt is sterker dan het landelijk gemiddelde. Gezien de kracht van de woningmarkt sluiten we met verwachte ontwikkelingen van de woningbouw in Uden aan bij het verwachte landelijke herstel.
Overheidstekort en overheidsschuld
Als gevolg van aanhoudend gematigd economisch herstel daalt naar verwachting het overheidstekort van 2,4% bbp (in 2014) naar 1,9% bbp (in 2015) en 1,7% bbp in 2016 naar 1,2% bbp in 2017. Hiermee voldoet Nederland prima aan de Europese begrotingsregels waarbij een maximaal tekort van 3% bbp is toegestaan.
De overheidsschuld dient minder dan 60% bbp te zijn. De schuld loopt terug van 68,2% in 2014 naar 64,1% in 2017.