Analyse op hoofdlijnen - Maximaal meedoen
MAXIMAAL MEEDOEN € 314.000 Voordeel
Uitkeringen levensonderhoud |
€ 132.000 |
V |
Binnen de Participatiewet kan beroep worden gedaan op een bijstandsuitkering, de Ioaw, de Ioaz, de Bbz en loonkostensubsidie. Het aantal aanvragen cq. toekenningen wisselt jaarlijks, en is mede afhankelijk van de economische landelijke / plaatselijke situatie op enig moment. De uitgaven uitkeringen levensonderhoud kunnen hierdoor door de jaren heen aan schommeling onderhevig zijn en worden (in belangrijke mate) gedekt uit de door het Rijk beschikbaar gestelde Gebundelde Uitkering. De hoogte van deze Gebundelde Uitkering is afhankelijk van macro-economische ontwikkelingen en wordt over de gemeenten verdeeld volgens in 2015 nieuw ingevoerd objectief verdeelmodel, wat in 2017 is verfijnd en in de toekomst naar verwachting nog verder zal worden verfijnd. Eventuele voor- of nadelen komen ten laste van de exploitatie van de gemeente.
In de 2de afwijkingenrapportage 2017 werd nog rekening gehouden met een groei van het aantal bijstandsgerechtigden van 661 per einde 2016 naar ongeveer 700 in 2017. Deze groei heeft zich echter niet in deze mate doorgezet, zodat het toen verwachte tekort ad. € 130K zich niet heeft gemanifesteerd. Dit geeft in de jaarrekening 2017 een voordeel van per saldo € 132.000 (incidenteel). De uitvoering van het product uitkering levensonderhoud heeft in 2017 derhalve binnen het ontvangen rijksbudget Gebundelde Uitkering plaatsgevonden.
|
|
|
Participatiewet (re-integratie) |
€ |
- |
Voor de uitvoering van de Participatiewet ontvangt de gemeente Uden voor re-integratie en begeleiding middelen van de rijksoverheid. In 2017 is per saldo €160.000 minder uitgegeven dan het beschikbare rijksbudget. Dit is vooral het gevolg van de beperkte focus op de doelgroep Beschut Werk. In 2018 is er extra aandacht voor deze doelgroep. Conform amendement 2 bij de jaarrekening 2013 worden alle overschotten c.q. tekorten in het Sociaal Domein (Jeugd, Wmo en Participatiewet) toegevoegd of onttrokken aan de Reserve Sociaal Domein. Het exploitatieoverschot 2017 ad. € 160.000 is conform dit besluit aan de reserve Sociaal Domein toegevoegd.
|
|
|
Re-integratie algemeen |
€ 80.000 |
V |
De gemeente Uden heeft een samenwerkingsovereenkomst met Agrifood Capital, sector Arbeidsmarkt getekend. Voor het jaar 2016 werd met een eerste financiële bijdrage rekening gehouden, echter de eerste bijdrage is pas per 2017 bij de gemeente Uden in rekening gebracht. Hierdoor ontstaat in 2017 een voordeel van € 42.000 (incidenteel). Daarnaast wordt conform bestaand beleid zoveel als mogelijk re-integratiekosten ten laste van het Participatiebudget gebracht. Dit geeft in 2017 een voordeel op het algemene re-integratiebudget van afgerond € 38.000 (incidenteel).
|
|
|
Armoedebeleid |
- € 58.000 |
N |
Het tekort op het armoedebeleid van per saldo € 58.000 wordt voornamelijk veroorzaakt door een overschrijding van € 61.000 op de bijzondere bijstand. Deze overschrijding is voornamelijk het gevolg van stijjgende bewindvoerderskosten, een groter beroep op aanvullende bijstand <21 jaar en stijgende kosten voor de collectieve ziektekostenverzekering. In de 2de afwijkingenrapportage 2017 zijn op basis van historische uitgangspunten de uitgaven bijzondere bijstand geëxtrapoleerd en is het budget bijzondere bijstand met € 200K verhoogd. Nu bij het opmaken van de jaarrekening 2017 blijkt dit onvoldoende te zijn geweest. De overige onderdelen binnen het armoedebeleid zijn nagenoeg binnen de begroting uitgevoerd. Op 6 juli 2017 heeft de raad met het nieuwe Armoedbeleid 2018-2021 ingestemd en is in de Programmabegroting 2018 structureel extra budget beschikbaar gesteld. Met de uitvoering van het nieuwe armoedebeleid is een aanvang gemaakt en wordt stapsgewijs geïmplementeerd. Het tekort in 2017 is daarom vooralsnog als incidenteel aan te merken.
|
|
|
Bijzondere bijstand |
€ 23.000 |
V |
De aard en de omvang van de aanvragen is jaarlijks aan schommelingen onderhevig, omdat het bij aanvragen bijzondere bijstand om individueel maatwerk gaat. Het grootste deel van de huidige stijging kan worden toegerekend aan de huidige economische ontwikkelingen, alsook aan de effecten van het versterkte armoede-beleid "Maximaal Meedoen". Bij de 2de financiële afwijkingenrapportage 2015 was nog een nadeel van € 185.000 gemeld. Bij het opmaken van de jaarrekening 2015 kan dit nadeel met per saldo € 23.000 worden verlaagd. De verwachte stijging was minder groot dan op basis van extrapolatie bij de 2de afwijkingenrapportage verwacht.
|
|
|
Mantelzorg |
€ 93.000 |
V |
De mantelzorgwinkel is gestopt, waardoor in 2017 geen subsidie is verstrekt. Het zorglandschap is met de komst van de nieuwe taken maatschappelijke ondersteuning, jeugd en participatie ingrijpend veranderd. Het kost tijd om het uitvoeringsbeleid hierop aan te passen. Zo zijn er meer algemene voorzieningen nodig, dichtbij de burger, die zonder indicatie toegankelijk zijn en de mantelzorger ondersteunen. De uitwerking van geschikte arrangementen is gaande (respijtzorg, lotgenotencontact, laagdrempelige dagbesteding, ontmoeting etc. etc). Het beleid is dus nog volop in ontwikkeling, waardoor dit budget ad. € 93K incidenteel in in 2017 vrijvalt.
|
|
|
WMO voorzieningen |
€ |
- |
Het resultaat op de individuele voorzieningen (o.a. hulpmiddelen, wonen en vervoer) bedroeg in 2017 afgerond € 543K en op de hulp bij het huishouden afgerond € 406K. Belangrijke oorzaak voor het resultaat op de individuele voorzieningen is te vinden in het aanbestedingsvoordeel op de overeenkomst Wmo- hulpmiddelen 2013-2018. Deze overeenkomst is per 1 april 2018 beëindigd. Daarnaast is in 2017 minder beroep gedaan op dure woningaanpassingen, Wonen Algemeen en ADL en/of integrale toegankelijkheid. Eind 2017 is regionaal een nieuwe aanbesteding Wmo-hulpmiddelen opgestart, wat geresulteerd heeft in een overeenkomst met nieuwe 2 leveranciers voor een periode van 6 jaar. Kwaliteit was een belangrijk thema in de nieuwe aanbesteding; de nieuwe contracten zijn dan ook duurder dan het vorige contract. Daarnaast dient nog opgemerkt te worden dat het aantal Wmo-aanvragen en de omvang van deze aanvragen van jaar tot jaar kunnen wisselen (zgn. openeindregeling). Het resultaat 2017 is daarom volledig als incidenteel aan is aan te merken. Conform amendement 2 bij de jaarrekening 2013 worden alle overschotten uit het Sociaal Domein (Jeugd, Wmo en Participatiewet) toegevoegd aan de Reserve Sociaal Domein. Het exploitatieoverschot Wmo Voorzieningen bedraagt per saldo € 949K en is volledig aan de reserve Sociaal Domein toegevoegd.
|
|
|
Wet Maatschappelijke Ondersteuning 2015 |
€ |
- |
De uitvoering van de nieuwe Wet Maatschappelijke Ondersteuning 2015 (Wmo2015) is per 1 januari 2015 in handen van de gemeenten. De Zorg in Natura (ZIN) voor de 12 deelnemende gemeenten in Brabant NoordOost-Oost wordt door de Centrumregeling Wmo2015 Brabant NoordOost -Oost te Oss uitgevoerd. De uitvoering van het Persoonsgebondenbudget (PGB) is landelijk bij de Sociale Verzekeringsbank (SVB) belegd. Het resultaat op de Wet Maatschappelijke Ondersteuning 2015 bedroeg in 2017 € 784K en is voornamelijk toe te rekenen aan de ZIN en de PGB (afgerond € 257K), en aan het deelfonds Wmo (527K). Conform amendement 2 bij de jaarrekening 2013 worden alle overschotten uit het Sociaal Domein (fonds Jeugd, Wmo en Participatiewet) toegevoegd aan de Reserve Sociaal Domein. Het exploitatieoverschot Wmo2015 bedraagt € 784K en is volledig aan de reserve Sociaal Domein toegevoegd. Eventuele nagekomen afrekeningen 2015, 2016 en 2017 zullen in 2018 aan deze reserve worden toegevoegd of onttrokken.
|
|
|
Project maatschappelijke begeleiding asielgerechtigden |
€ |
- |
In de Wet Inburgering zijn de eisen voor de inburgering vastgelegd. Zo is de inburgeraar zelf verantwoordelijk voor (de kosten van) inburgering. Het is echter wenselijk en zinvol om voor deze doelgroep aanvullend maatschappelijke begeleiding in de vorm van maatwerk aan te bieden. Het Rijk verstrekt hiertoe een bijdrage van € 1.000 per persoon welke door het COA aan de gemeenten wordt verstrekt. In 2017 bedroegen de werkelijke uitgaven € 48K en zijn volledig (€ 48K) van het COA ontvangen.
|
|
|
Project verhoogde asielinstroom |
- € 44.000 |
N |
In samenwerking met de gemeente Oss werd in 2012 de Proviciale Regeling RAP4 uitgevoerd. Inmiddels heeft de definitieve subsidieafwikkeling plaatsgevonden en kunnen de restanmiddelen in 2015 vrijvallen. Dit geeft een voordeel van € 45.000 (incidenteel).
In het uitwerkingsakkoord Verhoogde Asielinstroom is overeengekomen dat gemeenten in 2016 en 2017 extra middelen van het Rijk ontvangen voor de extra kosten voor vergunninghouders op de het gebied van werk, integratie, onderwijs en zorg. Op basis van de mei- en de septembercirculaire 2017 is in de 2de afwijkingenrapportage 2017 melding gemaakt van de ontvangen rijksmiddelen over de periode november 2016 tot en met augustus 2017. Omdat het project doorloopt in 2018, zijn de niet bestede projectmiddelen 2017 naar 2018 overgeheveld. In de decembercirculaire 2017 is er nog eens een budget van € 44K door het Rijk beschikbaar gesteld. Conform besluitvorming bij het overhevelingsvoorstel zijn ook deze middelen naar 2018 overgeheveld. Door het late tijdstip van bekendmaking in de decembercirculaire 2017 zijn deze extra inkomsten van het Rijk nog niet in de begroting 2017 opgenomen, wat zich hier in een nadeel vertaald. In Programma 6 Bedrijfsvoering onder het saldo van de Algemene Uitkering staat hier eenzelfde voordeel van 44K tegenover, per saldo budgetneutraal.
|
|
|
Jeugdwet |
€ |
- |
Sedert 2015 voert de gemeente de Jeugwet uit. De inkoop van de zorg in natura (ZIN) wordt regionaal door de Centrumregeling Jeugdhulp NoordOost Brabant te Den Bosch uitgevoerd. De uitvoering van het persoonsgebondenbudget (PGB) is landelijk bij de Sociale Verzekeringsbank (SVB) belegd. Het overschot op het jeugdbudget bedroeg in 2017 € 294.000 (incidenteel). In dit saldo is een inschatting van de afrekeningen ZIN 2017 en PGB 2017 opgenomen. De definitieve afrekeningen zijn bij het opmaken van de jaarrekening nog niet ontvangen en kan mogelijk nog invloed hebben op het saldo Jeugd. Het incidentele voordeel 2017 is in belangrijke mate toe te schrijven aan de afrekeningen PGB over de jaren 2015 en 2016 (€ 303K). Daarnaast kan nog worden opgemerkt dat de raad in 2017 incidenteel extra budgetten Jeugd ten laste van de reserve Sociaal Domein beschikbaar heeft gesteld (voor de autonome ontwikkeling € 345K en voor ontwikkeling Veilig Thuis € 50K). Zonder deze éénmalige extra budgetten en de afrekeningen PGB over voorgaande jaren zou er in 2017 sprake zijn van een fors tekort op Jeugd. Het is overigens de verwachting dat medio 2018 opnieuw voorstellen aan de raad zullen worden voorgelegd incidenteel extra budgetten Jeugd voor de jaren 2018 en 2019 beschikbaar te stellen. Conform amendement 2 bij de jaarrekening 2013 worden alle overschotten c.q. tekorten in het Sociaal Domein (Jeugd, Wmo en Participatiewet) toegevoegd of ontrokken aan de Reserve Sociaal Domein. Het exploitatieoverschot 2017 ad. € 294.000 is conform dit besluit aan de reserve Sociaal Domein toegevoegd. Eventuele nagekomen afrekeningen over de jaren 2015, 2016 en 2017 zullen in 2018 aan deze reserve worden onttrokken cq. toegevoegd.
|
|
|
Basisteam jeugd en gezin |
€ 30.000 |
V |
ONS welzijn heeft in 2017 een aanvullende subsidie aangevraagd en ontvangen voor het terugdringen van wachtlijsten Basisteam Jeugd en Gezin (BJG). De werkelijke kosten bleken echter lager dan aangevraagd; de werving van extra peroneel verliep niet zo voorspoedig dan in eerste aanleg verwacht. Voor 2018 heeft ONS welzijn voor het BJG en het wegwerken wachtlijsten opnieuw een aanvullende subsidie aangevraagd. Deze is verleend. Voor 2017 geeft dit een voordeel van € 30.000 (incidenteel).
|
|
|
Diverse kleinere afwijkingen op producten per saldo |
€ 58.000 |
V |