Reserves en voorzieningen
Alle reserves en voorzieningen van het grondbedrijf worden jaarlijks herijkt. Er zijn op dit moment 4 reserves en 3 voorzieningen. De 3 specifieke bestemmingsreserves bevatten per 1-1-2020 in totaal een bedrag van ca. € 4,1 miljoen. De Algemene Reserve grondbedrijf bedraagt ca. € 15,5 miljoen. De Algemene Reserve grondbedrijf is onderdeel van de totale weerstandscapaciteit van de gemeente Uden.
De 3 voorzieningen bevatten per 1-1-2020 een totaalbedrag van € ca. 16,1 miljoen. In het MJP wordt jaarlijks een prognose gegeven van de te verwachten mutaties in de reserves.
Reserves
Reserve Bovenwijkse Infrastructuur (RBI)
Deze reserve was ingesteld met als doel realisering van bovenwijkse / gebiedsoverstijgende infrastructurele voorzieningen. Sinds het raadsbesluit van 28 februari 2008 werd deze reserve gevoed met een storting van € 15,- per m² verkochte grond, dan wel te realiseren m2 bruto vloeroppervlak (bvo). Deze bijdrage gold ook bij particuliere initiatieven.
Op 15 december 2016 is het raadsbesluit genomen om voor Bovenwijkse Voorzieningen een nieuwe reserve in te stellen. Op het moment dat aan de lopende verplichtingen van deze reserve is voldaan, wordt deze reserve afgesloten en wordt het evt. saldo toegevoegd aan de per 2017 nieuw gevormde reserve. Het saldo van de ABR bedroeg op 1-1-2020 ca. € 292.000.
Reserve Groenstructuur en Buitengebied (RGB)
Deze reserve was ingesteld met als doel realisering van ‘reconstructiedoeleinden in het buitengebied / vitaal platteland’, alsmede voor groenstructuren op stedelijk niveau. Ook loopt de ‘rood-voor-groen-koppeling’, die door de provincie als eis gesteld kan worden bij nieuwe planontwikkeling, via deze bestemmingsreserve. Sinds het raadsbesluit van 28 februari 2008 werd deze reserve gevoed met een storting van € 5,- per m² verkochte grond dan wel te realiseren m2 bruto vloeroppervlak ( bvo). Deze bijdrage gold ook bij particuliere initiatieven. Op 15 december 2016 is het raadsbesluit genomen om voor Bovenwijkse Voorzieningen een nieuwe reserve in te stellen. Op het moment dat aan de lopende verplichtingen van deze reserve is voldaan, wordt deze reserve afgesloten en het eventuele saldo toegevoegd aan de reserve. Het saldo van de ABR bedroeg op 1-1-2019 ca. € 22.000.
Reserve Revitalisering Bedrijventerreinen (RRB)
Deze reserve was ingesteld met als doel revitalisering en herstructurering van bestaande bedrijfsterreinen. Sinds het raadsbesluit van 28 februari 2008 werd deze reserve gevoed met een storting van € 5,- per m² verkocht bedrijfsterrein, dan wel te realiseren m2 bruto vloeroppervlak ( bvo). Deze bijdrage gold ook bij particuliere initiatieven. Op 15 december 2016 is het raadsbesluit genomen om voor Bovenwijkse Voorzieningen een nieuwe reserve in te stellen. Op het moment dat aan de lopende verplichtingen van deze reserve is voldaan, wordt deze reserve afgesloten. Het saldo van de RRB bedroeg op 1-1-2020 € 16.000.
Reserve Bovenwijkse Voorzieningen (RBV)
Deze reserve is, naar aanleiding van het raadsbesluit 15 december 2016, per 2017 ingesteld met als doel realisering van bovenwijkse/gebiedsoverstijgende infrastructurele voorzieningen. Deze reserve wordt gevoed met een storting van (maximaal) € 14,90 per m² verkochte grond, dan wel te realiseren m2 bruto vloeroppervlak (bvo). Ook bij particuliere initiatieven is deze bijdrage van toepassing. Het saldo van de RBV bedroeg op 1-1-2020 ca. € 3,8 mln. Op basis van de verwachte inkomsten en uitgaven zal het saldo per 1-1-2021 naar verwachting circa € 2,7 miljoen bedragen.
Algemene Reserve Grondbedrijf (ABR-ge)
Deze reserve is ingesteld met meerdere bestedingsdoelen:
- Opvangen van eventuele (verwachte) nadelen op grondexploitatiecomplexen.
- Risicobuffer op basis van het Meerjarenperspectief Grondbedrijf / jaarlijkse risico-inventarisatie.
- Treffen van voorzieningen voor herwaardering van gronden.
- Egalisatie van tijdelijke tekorten van overige reserves van het grondbedrijf.
- Voorfinanciering plankosten initiatieven van derden.
De Algemene Reserve Grondbedrijf wordt gevoed door (tussentijdse) winstnemingen op grondexploitaties. Het saldo van de ABR bedroeg op 1-1-2020 ca. € 15,5 miljoen. Op basis van de verwachte inkomsten en uitgaven zal het saldo per 1-1-2021 naar verwachting circa € 17,9 miljoen bedragen.
Voorzieningen
Voorziening herwaardering: (VH)
Deze voorziening is getroffen voor de hiervoor genoemde gronden onder MVA Gronden en Terreinen, waarvan de boekwaarde hoger is dan de marktwaarde. Deze toetsing wordt jaarlijks gedaan. Bij de laatste toetsing (voor de jaarrekening 2019 en het MJP 2020) is de voorziening bepaald op ca. € 1,7 miljoen.
Voorziening kosten gerealiseerde complexen: (VGC)
Deze voorziening is nodig voor de dekking van de laatste werkzaamheden of nakomende kosten bij al administratief afgesloten complexen. Bij de jaarrekening 2019 is het benodigde saldo bepaald op ca. € 263.000.
Voorziening Exploitatierisico's: (VER)
Op basis van het Besluit Begroting en Verantwoording ( BBV) is het verplicht een voorziening te treffen voor verlieslatende exploitaties. Dit wordt gedaan op basis van de netto-contante-waarde-methode. Bij de actualisering van de diverse exploitaties voor het MJP 2020 is gebleken dat bij 4 grondexploitaties sprake is van een (vooralsnog) gecalculeerd nadeel. Dit betreft de exploitaties Herstructurering Loopkant-Liessent, Uden-Noord I, Uden-Noord II en Spechtenlaan 2e fase. In de jaarrekening 2020 is hiervoor in totaal een voorziening getroffen van circa € 14,2 miljoen.