Analyse jaarrekeningresultaat in cijfers
Het jaarrekeningresultaat over 2023 bedraagt € 11.443.855 voordelig.
Onderstaand een toelichting per programma met een afwijking > € 100.000. Kleinere verschillen worden in principe hier niet toegelicht. Daarvoor verwijzen wij naar de analyse per programma onder "voortgang doelen, wat heeft het gekost". De toelichtingen zijn niet uitputtend maar geven een goed beeld van het resultaat.
Onderwerp | Resultaat | Voordeel/nadeel |
---|---|---|
Programma 1 Veiligheid | € 622.000 | V |
Bij het taakveld openbare orde en veiligheid is € 500.000 nog niet besteed van het budget Oekraïneproject. We stellen voor dit over te hevelen bij resultaatbestemming. Verder zij er diverse financiële meevallers van in totaal € 122.000 bij de pilot 'beveiliging publiekshal' en het project wijkversterking. Dit project is nog niet volledig van de grond. | ||
Programma 2 Verkeer en vervoer | € 457.000 | V |
Kleinschalige parkeervoorzieningen ad € 40.000 is nog niet afgerond en wordt bij resultaatbestemming overgeheveld naar 2024. Verder is er door vertraging in de realisatie van investeringen een vrijval van de kapitaallasten van € 203.000. Voorbeelden zijn onder andere de projecten Violierstraat, Hoevenseveld fase 3, fietsstraat Volkelseweg en verbreding Zeelandsedijk. De eindafrekening van het zwerfafval viel € 98.000 voordeliger uit. Voor het verrichten van bepaalt straatwerk staat een vergoeding van nutsbedrijven. Per saldo was dat voordeel € 126.000 hoger dan geraamd. € 90.000 daarvan heeft een structureel karakter. De subsidie mensgerichte maatregelen is € 78.000 hoger uitgevallen. Het verhaal bij schades aan de openbare ruimte heeft een positief effect van € 124.000. De energierekening openbare verlichting was € 195.000 minder dan verwacht. Beheer wegen door de Provincie geeft een structureel voordeel van € 40.000. Door het vertraagd realiseren van verschillende investeringen (met name GVVP) resulteert er een lagere onttrekking uit de reserve dekking kapitaallasten (incidenteel nadeel € 447.000). Het voordeel behaald op de exploitatiebudgetten parkeren (taakveld 2.2. uitgaven en taakveld 10.3 inkomsten) wordt gestort in het parkeerfonds | ||
Programma 3 Economie | € 42.000 | V |
In dit overzicht volgt alleen een toelichting als het programmaresultaat > € 100.000 bedraagt. Volledigheidshalve nemen we hier wel het bedrag op, maar dan zonder toelichting. | ||
Programma 4 Onderwijs | € 254.000 | V |
Er zijn diverse kleinere voordelen zoals Peuteropvang (€ 58.000). In 2024 wordt deze subsidieregeling geëvalueerd. De OZB onderwijshuisvesting is € 58.000 lager dan geraamd. Verder zijn er lagere kapitaallasten onderwijshuisvesting (€ 60.000) en een positieve rente-ontwikkeling € 78.000. |
||
Programma 5 Sport, cultuur en recreatie | € 1.237.000 | V |
Sportaccommodaties (incidenteel voordeel € 612.000) € 264.000 is toe te rekenen aan onderuitputting kapitaallasten en een verlaging van het renteomslagpercentage op basis van de boekhoudvoorschriften BBV. De vrijval van onderhoudsvoorziening sportvelden ad € 112.000 stellen we voor bij resultaatbestemming om die over te hevelen naar 2024. De energielasten waren € 68.000 lager en er zijn minder beheeruren gemaakt (€ 30.000) bij de sporthal Udens college als gevolg van waterschade. De energielasten Mellepark zijn € 40.000 lager dan geraamd. De inhuur projectleider harmonisatie uren is uitgesteld (voordeel € 60.000) Openbaar groen en (openlucht) recreatie (incidenteel voordeel € 678.000 Er zijn twee resultaatbestemmingen: de vrijval voorziening onderhoudsplan groen (€ 289.000) en Wijstherstel (€ 16.000). Verder is er een voordeel in de realisatiekosten bij Natuurgebied € 246.000 en uitvoering Landschapsbeleidsplan € 61.000. Tenslotte kunnen we nog een meevaller uit de regio melden bij het onderhoud van recreatieve voorzieningen (€ 51.000) |
||
Programma 6 Sociaal domein | € 1.366.000 | V |
Samenkracht en burgerparticipatie (incidenteel voordeel € 1.417.000): Wijkteams (toegang) (voordeel € 203.000) De kosten praktijkondersteuners POH GGZ eenmalig vanuit een specifieke uitkering. Voorstel om bij de resultaatbestemming € 199.000 deze middelen toe te voegen aan budget IZA (verandertraject) 2024 Inkomensregelingen (inclusief armoedebeleid) voordeel € 1.429.000 Ontwikkelingen in het klantenbestand Het aantal aanvragen en toekenningen van uitkeringen, zoals de Algemene Bijstand, Wet inkomensvoorziening oudere werklozen (Ioaw), Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (Ioaz), Besluit bijstandsverlening zelfstandigen (Bbz), en de inzet van Loonkostensubsidie (LKS) verandert jaarlijks. Deze veranderingen zijn mede afhankelijk van de economische situatie. In 2023 bleef het klantenbestand voor de Algemene Bijstand, Ioaw, Ioaz en Bbz nagenoeg stabiel, variërend van 662 cliënten aan het begin tot 664 aan het einde van het jaar. Echter, het aantal cliënten met LKS is toegenomen van 179 aan het begin naar 195 aan het einde van 2023. Voordeel op inkomensregelingen € 972.000. De gemeente Maashorst ontvangt van het Rijk een Gebundelde Uitkering (BUIG) om deze uitkeringen te bekostigen. Vanwege macro-economische ontwikkelingen en stijgingen van de wettelijke minimumlonen heeft het Rijk het BUIG-budget voor 2023 definitief met € 1.734.000 (voordelig) bijgesteld naar € 14.727.000. In de laatste afwijkingsrapportage van 2023 is maar deels rekening gehouden met dit voordeel. De uitgaven aan uitkeringen bedroegen in 2023 per saldo € 13.005.000, wat resulteerde in een totaal voordeel van € 1.722.000. In de begroting van gemeente Maashorst wordt hiervan € 750.000 als meerjarig structureel voordeel ingeboekt. Ondanks de stijging van de uitkeringen door de wettelijke verhoging van het minimumloon, is er een financieel voordeel op de uitkeringen ontstaan van € 972.000 (2022: € 529.000). Met de verwachte ontwikkelingen in 2024, waaronder de stijging van het BUIG-budget met 3% en een verwachte daling van het aantal cliënten door het project ‘Iedereen Kans op Werk’, wordt een bedrag van € 750.000 als extra structureel voordeel aangemerkt. Hiermee komt het totale structureel ingeboekte voordeel op BUIG € 1.500.000. Het restant van € 222.000 wordt uit voorzichtigheid incidenteel aangemerkt om eventuele groei van de uitkeringen en Loonkostensubsidie op te kunnen blijven vangen. Overige voordelen inkomstenregelingen € 231.000 Daarnaast is er op de inkomensregelingen incidenteel een voordeel gerealiseerd van € 231.000 door een positieve waardering van het debiteurenbestand en een correctie op de crediteurenpositie. Het debiteurenbestand wordt jaarlijks bij het opmaken van de jaarrekening op inbaarheid beoordeeld en bijgesteld. Voortgang project ‘Iedereen Kans op Werk’ In 2023 is het project “Iedereen Kans op Werk” gestart. Het doel van het project is het blijvend verlagen van het uitkeringsbestand door het plegen van interventies, met aandacht voor ontwikkelingen op landelijk, regionaal en gemeentelijk niveau. In 2023 en begin 2024 is vanuit het project extra personeel ingezet en worden intern enkele werkprocessen aangepast. De resultaten van dit project worden daarom in de loop van 2024 verwacht. Hoewel het uitkeringsbestand in 2023 eerder daalde door vroege interventies, is tegen het einde van het jaar een stijging te zien, onder andere door meer jongeren die een uitkering aanvroegen. Deze stijging is een landelijke tendens. Verder zijn er voordelen te melden bij: minimabeleid (€ 31.000), project eenmalige energietoeslag (€ 17.000), project gedupeerde toeslagenproblematiek (€ 83.000), WGS schuldhulpverlening voor gedupeerden bewindsvoerderkantoor (€ 90.000). Daarvan stellen we voor de middelen via resultaatbestemming over te hevelen naar 2024. Begeleidende en arbeidsparticipatie (voordeel € 330.000) Een voordeel van € 96.000 (structureel) teruggaaf BTW voor betaalde re-integratietrajecten, minder uitgegeven op re-integratie als gevolg van de krappe arbeidsmarkt en minder aanvragen bijstand (€ 196.000) en lagere begeleidingskosten met betrekking tot beschut werk (€ 10.000) Maatwerkvoorzieningen (WMO)(nadeel € 99.000) Dit nadeel van € 99.000 betreft individuele voorzieningen Maatwerk dienstverlening 18+ (nadeel € 630.000) Vanwege ingelopen achterstanden (intake cliënten) vanuit 2022 is er nu een nadeel te melden van € 744.000 waarvan € 250.000 structureel. Een voordeel (en resultaatbestemming van € 111.000 bij de inloopfunctie van de GGZ omdat deze kosten via de zogenoemde IZA-regeling bekostigd kon worden. Verder zijn er enkele nadelen te melden bij hulp bij het huishouden (als gevolg van wegwerken wachtlijsten (-€ 38.000), bij WMO-uitvoeringskosten (-€ 12.000) en WMO eigen bijdrage (-€ 21.000). Tenslotte is er een voordeel van € 40.000 met betrekking tot de Transformatieopgave beschermd wonen (afronding projecten "Stepstones" en "Plan Herstel".) wat we via de resultaatbestemming voorstellen over te hevelen naar 2024, Maatwerk dienstverlening 18- (nadeel € 1.086.000) Op de gespecialiseerde jeugdhulp is in 2023 een structureel nadeel behaald van € 1.086.000. We zien een verschuiving van regionale gespecialiseerde zorg (voordeel € 309.000) naar lokaal ingekochte zorg (nadeel € 1.395.000). Verder zien we een afname in het aantal casussen met verblijf en dus ook de kosten maar een forse toename van het aantal ambulante trajecten en dus ook een toename in de kosten. Een mogelijke verklaring is dat verblijf is afgebouwd naar ambulante hulp |
||
Programma 7 Volksgezondheid, milieu en duurzaamheid | € 488.000 | V |
Volksgezondheid (incidenteel nadeel € 138.000) Een voordeel van € 46.000 is te verklaren doordat de inzet van GGD op basistaken éénmalig gefinancierd kon worden via GALA. Voorstel is het vrijgekomen budget te reserveren via de resultaatbestemming voor GALA (€ 46.000). Afval (incidenteel voordeel € 230.000) De afvalexploitatie laat een nadeel zien van € 618.000 ten opzichte van de begroting. Dit nadeel leidt tot een hogere onttrekking uit de voorziening egalisatie afval. Oorzaken: hogere personeelslasten, duurder transport en verwerking en minder opbrengsten papierafval. Het voordeel (€ 231.000) heeft te maken met de bestemmingsreserve die intact moet blijven. Hier tegenover staat een nadeel op de reserveboekingen die worden afgewikkeld bij het taakveld 'volksgezondheid'. Milieubeheer (incidenteel voordeel € 211.000) De strategisch adviseur landelijk gebied is later gestart wat resulteert in lagere uitvoeringskosten (€ 108.000). Omdat er nog werkzaamheden en facturatie in 2024 moeten plaatsvinden is een resultaatbestemming noodzakelijk (€ 56.360) |
||
Programma 8 Volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en stedelijke vernieuwing | € 184.000 | V |
Ruimtelijke ordening incidenteel nadeel € 840.000 Twee resultaatbestemmingen (respectievelijk € 74.000 en € 17.000): omgevingswet (door het hoge aantal ontwerpbestemmingsplannen zijn werkzaamheden voor het casco omgevingsplan doorgeschoven naar 2024). Vanwege doorloop van uitkoopregelingen zijn extra analyses noodzakelijk en is overheveling van deze budgetten wenselijk. Een nadeel van € 978.000 betreft de reserve mutaties grondbedrijf. Daar tegenover staan boekingen in de exploitatie (voordelig) binnen taakveld 8.2 (grondexploitatie). Belangrijkste oorzaken: als gevolg van de POC-methode (Percentage of completion) moeten enkele winstnemingen teruggedraaid worden, kosten en opbrengsten van anterieure overeenkomsten worden nog niet correct geraamd. Grondexploitatie (niet bedrijventerreinen) incidenteel voordeel € 741.000. Zie de toelichting bij Ruimtelijke ordening: betreft exploitatie mutaties grondbedrijf. Wonen en bouwen incidenteel voordeel € 372.000 Meer leges ontvangen (met name in het laatste kwartaal 2023) vanwege hoger aantal omgevingsvergunningen. Dit resulteert in een saldo van € 279.000. De kosten voor de extra ingehuurde beleidsadviseur zijn als gevolg van een provinciale subsidie "Versnelling woningbouw" lager uitgevallen (voordeel € 51.000) |
||
Bestuur en dienstverlening | € 330.000 | V |
Bestuur (voordeel € 254.000) Diverse voordelen zijn te melden:
Daar tegenover staat een eenmalig nadeel van € 379.000 pensioenvoorziening wethouders (als gevolg van hogere indexatie pensioenen. Burgerzaken (incidenteel voordeel € 82.000) Het positief saldo wordt met name verklaard door minder uitgaven voor de verkiezingen (€ 26.000) en nog niet afgerond zijn van het programma dienstverlening en minder kosten klantfeedbacksysteem (€ 50.000). |
||
Bedrijfsvoering en inkomsten | € 5.926.000 | V |
Overhead incidenteel nadeel van € 172.000. Nadelig: Treffen van een voorziening "bovenwettelijk verlof" op advies accountant (€ 888.000 nadelig en een lagere onttrekking uit reserve kapitaallasten vanwege niet/later gerealiseerde investeringen (€ 1.223.000). De afschrijving start pas in 2024. Incidentele voordelen:
onderuitputting op de loonkosten (€ 420.000), onderhoud gemeentewerf (€ 64.000), Treasury incidenteel nadeel € 2.579.000. Bestaande uit: incidenteel nadeel: de vennootschapsbelasting die gedekt wordt uit de algemene reserve (€ 1.140.000), incidenteel voordeel van € 61.000 in verband met hogere huuropbrengsten (verhuur pand aan Oekraïne-project), diverse effecten op de kostenplaatsen (incidenteel nadeel € 1.500.000). Voor de aanschaf van het vastgoedsysteem (later gestart) wordt met de resultaatbestemming nu voorgesteld een bedrag van € 50.000 (incidenteel voordeel) over te hevelen naar 2024. Belastinginkomsten, voordeel € 100.000 Met betrekking tot de belastinginkomsten: hogere parkeeropbrengsten na eerdere bijstelling (+€ 190.000) en meeropbrengsten OZB (+€ 182.000; waarvan € 100.000 structureel). Nadelig: aanvullende dotatie op de voorziening debiteuren (-€ 203.000) en een hogere deelnemersbijdrage voor de BSOB (-€ 45.000). Gemeentefonds, incidenteel voordeel € 3.475.000. De decembercirculaire is medio december ontvangen en kon om die reden dan ook niet verwerkt worden in de Bestuursrapportage 2023 nog in het overhevelingsvoorstel. De extra middelen die beschikbaar zijn gesteld door het Rijk veroorzaken nu een incidenteel voordeel. € 2.093.000 voor de uitvoering energietoeslag (het uitgavenbudget is in de 2e berap 2023 al wel opgevoerd) € 859.000 (positief effect landelijke herverdeling maatstaven in het gemeentefonds). Verder stellen we voor een aantal van die extra middelen via de resultaatbestemmingen over te hevelen om in 2024 hiervoor in te zetten: € 357.000 voor invoering van de omgevingswet € 42.000 voor uitvoering van de gebiedsgerichte aanpak € 64.000 voor meerkosten Oekraïne, € 60.000 voor maatschappelijke begeleiding statushouders. |
||
Diverse afwijkingen < € 100.000 | € 538.000 | V |
Binnen de programma's zijn niet alle bedragen toegelicht. Dit zijn diverse kleinere posten van in totaal € 538.000. Voor de verdere onderbouwing van deze afwijkingen verwijzen we naar de analyse per programma onder "voortgang doelen, wat heeft het gekost". |
||
Totaal | € 11.444.000 | V |